Ik lees de laatste jaren steeds minder fictie. Ik probeer het wel, maar haak vaak na een bladzijde of twintig alweer af. Soms is zelfs de flaptekst al voldoende om er niet aan te beginnen. Weer zo’n verzonnen verhaal waarin ik mezelf niet herken, waarin ik me niet met iemand kan identificeren. Vooral Nederlandse schrijvers boeien me steeds minder. Zelfs het bejubelde Kwaadschiks van van der Heijden verveelde me al na tien minuten. Zo bedacht, zo kunstmatig, zonde van mijn tijd. Terwijl die man echt wel kan schrijven.
Het fijne van Google Play Books is dat je het eerste hoofdstuk van een boek gratis kunt downloaden. Zo scheid ik snel het kaf van het koren. Dat deed ik ook bij de nieuwe roman van Ellen de Bruin. Waarschijnlijk zou het boek me niet eens opgevallen zijn, ware het niet dat ik vorig jaar een uitstekende non-fictie van haar las, Onsterfelijkheid voor beginners, dat ik in een eerder blog besprak. Nu hoeven goede non-fictieschrijvers geen goede romanciers te zijn, maar mijn belangstelling was gewekt. De flaptekst leek een dertien-in-een-dozijn-boek aan te prijzen, doch ik negeerde mijn weerzin en begon aan hoofdstuk 1.
Dat viel niet tegen. Genoeg identificatie voor deze jongen. Zeker, Onder het ijs gaat over wetenschap, over reizen, over onbeantwoorde liefde, over jezelf ontdekken. Maar wat mij betreft gaat het vooral over rouw. Geen zwaarmoedig geneuzel, maar rouw zoals ik die zelf ook heb ervaren. Over een constante knoop in je maag. Over een dikke mist in je hoofd. Over het niet kunnen geloven en accepteren dat iemand er niet meer is en daardoor een beetje losgezongen raken van de werkelijkheid. Het is een soort depressiviteit, maar dan anders. Lastig in woorden te vangen, maar dat is dus net het knappe van deze roman. De hoofdpersoon, Bas (ja, dat is ook een meisjesnaam) functioneert eigenlijk niet. Ze blijkt dingen hardop te zeggen, terwijl ze dacht ze alleen te denken. Ze mist de pointe van wat er om haar heen gebeurt. Ze drinkt teveel en dat maakt de dingen wel zachter, maar niet perse beter. Ze is er wel bij, maar ze is er niet bij. Pas tegen het eind van het boek vallen er een paar kwartjes en komt ze weer meer in de wereld. Net op tijd om een paar belangrijke beslissingen te nemen.
Toch is Onder het ijs zoals gezegd geen zwaarmoedig boek. Integendeel, eigenlijk. Ellen de Bruin verstaat de kunst om emoties subtiel te verwoorden. Het verhaal is soms somber, soms warrig, soms echt spannend, vaak grappig en bij vlagen hilarisch, bevolkt met stereotypen die soms toch niet zo stereotiep blijken, maar daardoor juist herkenbaar zijn. Het biedt daarnaast een ontluisterend kijkje in hoe wetenschap kennelijk bedreven wordt. Met dubbele agenda’s, eerzucht, botte hebberigheid en jaloezie. Het zijn net mensen, die wetenschappers.
Al met al heb ik dit boek met veel plezier gelezen. Geen meesterwerk, maar voor een debuut is het bepaald hoopgevend voor wat Ellen de Bruin wellicht nog voor ons in petto heeft. En het heeft mij in elk geval weer iets ontvankelijker gemaakt voor fictie van eigen bodem. Dat is een grotere prestatie dan u zich kunt voorstellen.
Hoi Maurits, eindelijk hebben we je gevonden via Google. Hoop dat het goed met je gaat. We waren fan, Maria de Haas en Monique