Het geluksgevoel van een 7-jarige, die voor het eerst zelf een boek gaat lezen. Kan lezen. Ik zou het graag met je delen, maar de waarheid gebiedt me te zeggen, dat ik het me niet meer precies kan herinneren. De impact was in elk geval enorm, want sindsdien waren boeken en ik onafscheidelijk. De omstandigheden werkten daarbij in mijn voordeel. Mijn vader was directeur van een tijdschriftendrukkerij en bracht elke vrijdag vrijwel het complete pakket Nederlandse tijdschriften mee naar huis. Van de Bobo en de Donald Duck tot de Panorama en de Avenue. En alles daartussen. Plus bergen boeken. En stripboeken. Ja, dat zijn ook boeken.
Ons huis was dus rijkelijk voorzien van leesvoer, maar toch nog vrij snel vond ik dat al niet genoeg meer en bestormde de plaatselijke bibliotheek. Voor een luttel bedragje kon je daar het hele jaar grasduinen en mocht je ook nog enkele boeken per week mee naar huis nemen. Terwijl anderen buiten speelden, zat ik met mijn neus in een verhaal. Eerst nog vooral jeugdboeken, maar al vlug het meer serieuze werk. Op mijn 16e kocht ik mijn eerste eigen boek, De Steppewolf van Herman Hesse. Ik heb het nog. Al is mijn boekenkast in de loop der jaren door een jarenlang nomadisch bestaan, uitgeleende, maar nooit teruggekregen boeken (vreselijke mensen zijn dat) en de vele verhuizingen en scheidingen helaas wat mooie stukken kwijtgeraakt, ik heb een fijne collectie leesvoer, die ik bij elk bezoek aan Nederland aanvul. Vanwege het gemak en de onmiddellijke behoeftebevrediging komen er ook steeds meer e-boeken bij. Al gaat er natuurlijk niets boven een papieren boek.
Verveelt lezen me dan nooit? Oh jawel. Niets ergerlijker dan het lezen van een slecht geschreven boek. En mijn God, wat wordt er een hoop vullis uitgegeven. Vervelend, want al let ik goed op, er circuleren beslist nog duizenden boeken in de wereld, waarvan ik het bestaan niet of slechts vagelijk vermoed, maar die ik waarschijnlijk graag zou willen lezen. Dus wil ik mijn tijd zeker niet verdoen met slecht leesvoer.
De laatste jaren lees ik steeds meer non-fictie. Romans zijn me een beetje gaan vervelen. Gelukkig heb ik verstandige vrienden, die me van tijd tot tijd de betere fictie aanreiken. Ook volg ik een paar slimme mensen op Twitter, die me attenderen op wat niet gemist mag worden. En nu ga ik, wat laat in het leven, maar dus gepokt en gemazeld, bloggen over boeken. Uiterst subjectief natuurlijk, maar wellicht heb je er wat aan. Verder lees ik veel artikelen in kranten en tijdschriften, off- en online, en ook daar scheid ik het kaf van het koren en zoek naar de pareltjes van de journalistiek. Die breng ik tevens op Twitter onder de aandacht van het karig aantal volgers dat ik heb (@beterleesvoer). Tot slot mag ik graag goede columns lezen. De meeste columns zijn helaas slecht geschreven en ik ben van plan die met duivels genoegen te gaan fileren, ter lering en ter vermaak.
Veel leesplezier.
Je woorden zijn me uit het hart gegrepen. Je blog wordt het eerste dat ik ga volgen. Want ook de meeste blogs zijn slecht geschreven.
Dank je!